Openbaring: Arm
Openbaring: Rechtvaardiging door Geloof
Arm
Openbaring 3:17 Want u zegt: Ik ben rijk en steeds rijker geworden en heb aan niets gebrek, maar u weet niet dat juist u ellendig, beklagenswaardig, arm, blind en naakt bent.
18. Ik raad u aan dat u van Mij goud koopt, gelouterd door het vuur, opdat u rijk wordt, en witte kleren, opdat u bekleed bent en de schande van uw naaktheid niet openbaar wordt. En zalf uw ogen met ogenzalf, opdat u zult kunnen zien.
De gemeente van Laodicea dacht dat zij rijk was, maar zij was arm.
Eerder in Openbaring hebben we het soort rijkdom al gezien waar Laodicea in tekortkomt.
Toen werd tegen Smyrna gezegd:
Openbaring 2:9 Ik ken uw werken, verdrukking en armoede – u bent echter rijk – en Ik ken de lastering van hen die zeggen dat zij Joden zijn, maar het niet zijn; zij zijn namelijk een synagoge van de satan.
Petrus vertelt ons over deze rijkdom:
1 Petrus 1:6 Daarin verheugt u zich, ook al wordt u nu voor een korte tijd – als het nodig is – bedroefd door allerlei verzoekingen,
7. opdat de beproeving van uw geloof – die van groter waarde is dan die van goud, dat vergaat en door het vuur beproefd wordt – mag blijken te zijn tot lof en eer en heerlijkheid, bij de openbaring van Jezus Christus.
Wanneer goud nog is gemengd met allemaal onedele stoffen, wordt er vuur gebruikt om deze stoffen van het goud te scheiden. Op deze manier wordt het goud getest en wordt er gezien hoeveel goud er eigenlijk is en hoe puur het is. Tegelijkertijd wordt het goud zelf ook puurder en mooier.
Zo is het met geloof. Vaak moet het door beproevingen gaan en moeilijkheden om duidelijker naar voren te komen en sterker te worden.
Jakobus 1:2 Acht het enkel vreugde, mijn broeders, wanneer u in allerlei verzoekingen terechtkomt,
3. want u weet dat de beproeving van uw geloof volharding teweegbrengt.
4. Maar laat die volharding ook volledig mogen doorwerken, opdat u volmaakt bent en geheel oprecht, en in niets tekortschiet.
Wanneer wij zwak zijn in geloof of bijna helemaal geen geloof hebben, biedt God ons goud aan dat gelouterd wordt door vuur.
Door middel van beproevingen wordt ons geloof sterker en worden we zo volmaakt.
Door middel van beproevingen wordt ons geloof sterker en worden we zo volmaakt.
Deze beproevingen zend God soms zelf, maar het is ook de bedoeling dat wijzelf dingen voor God doen waardoor beproevingen komen. Wij hoeven zelf geen beproevingen te maken, maar door voor God te werken, komen de beproevingen vanzelf en zal ons geloof sterker worden en vaster.
Dit is wat Laodicea mist.
Zij heeft geen actief levend geloof dat alleen maar sterker wordt. Maar ze is arm. Om deze reden heeft ze beproevingen nodig en vuur. Ze moet goud hebben dat ook gelouterd wordt.
Laodicea wordt omschreven als lauw in liefde. In onze vorige studie hebben we gezien dat in connectie hiermee is dat we onze eigen ellendigheid niet inzien. Wanneer we onze eigen ellendigheid en onze zondes, dan zullen we meer liefhebben. Want wie veel vergeven is, heeft veel dankbaarheid.
Zij heeft geen actief levend geloof dat alleen maar sterker wordt. Maar ze is arm. Om deze reden heeft ze beproevingen nodig en vuur. Ze moet goud hebben dat ook gelouterd wordt.
Laodicea wordt omschreven als lauw in liefde. In onze vorige studie hebben we gezien dat in connectie hiermee is dat we onze eigen ellendigheid niet inzien. Wanneer we onze eigen ellendigheid en onze zondes, dan zullen we meer liefhebben. Want wie veel vergeven is, heeft veel dankbaarheid.
Maar hier wordt ons ook nog een zeer duidelijk wortel van het probleem gegeven. Een gebrek aan geloof. We moeten durven te geloven dat Hij ons liefheeft, vergeeft, rechtvaardigt door geloof alleen. Dat Hij voor ons zorgt, met ons werkt, Zijn wet in ons hart schrijft en het beter voor ons weet dan wijzelf.
Hier vinden wij een geneesmiddel.
Reacties
Een reactie posten