Christus is het Leven

Het Evangelie gaat over leven en dood. Het legt de glorie van de mens in het stof en verhoogt de glorie van God als de Enige Verlosser.

Maar wat is leven en wat is dood? Hoe bijzonder zijn wij in onszelf? Hebben wij Christus nodig om überhaupt te kunnen bestaan?

Laten we beginnen met de natuur van de mens te omschrijven. En dan voornamelijk in zijn zondige staat.

Zelfs vóór de zondeval werd de mens geschapen in het beeld van God. De mens heeft zelf niets goddelijks in zich, maar de mens was wel een soort schaduw van wat God is. 

Zo werden ze geschapen:

Genesis 2:7 toen vormde de HEERE God de mens uit het stof van de aardbodem en blies de levensadem in zijn neusgaten; zo werd de mens tot een levend wezen.

Het woord 'wezen' hier is letterlijk 'ziel'. De mens is dus uit stof gemaakt, krijgt de levensadem en op die manier hebben wij een levend persoon. Wij zijn dus zo een levende ziel. Het woord 'ziel' in Hebreeuws gedachtegang is letterlijk het idee van de persoon zelf. Het wordt hier voor een goede reden als 'levend wezen' vertaald.

Dan krijgen we de duidelijke woorden van God tegen Adam en Eva:

Genesis 2:17 maar van de boom van de kennis van goed en kwaad, daarvan mag u niet eten, want op de dag dat u daarvan eet, zult u zeker sterven.

In de oorspronkelijke taal van de Bijbel, het Hebreeuws, staat hier eigenlijk 'sterven sterven'. Woorden worden altijd herhaald om een soort nadruk erop te leggen. Ze gaan niet slechts sterven, maar ze zouden sterven sterven. God meende het. Ze zouden letterlijk fysiek sterven op de dag dat ze hiervan aten. Dit betekent een legale dood. De doodstraf zou op hen vallen als ze daarvan aten op diezelfde dag. Satans leugen was sinds het begin echter: 

Genesis 3:4 Toen zei de slang tegen de vrouw: U zult zeker niet sterven.

Dit was de leugen van Satan. En door de eeuwen heeft hij duidelijk geprobeerd het concept van de dood vaag te maken. Hij probeerde de mens te verhogen als een soort onsterfelijke energie of god. 
Maar wat zegt het woord van God? 

Jesaja 40:7 Het gras verdort, de bloem valt af,

als de Geest van de HEERE erover blaast.

Voorwaar, het volk is gras.

1 Petrus 1:24 Want alle vlees is als gras en al de heerlijkheid van de mens is als een bloem in het gras. Het gras is verdord en zijn bloem is afgevallen.

Genesis 18:27 Abraham antwoordde en zei: Zie toch, ik heb het aangedurfd om tot de Heere te spreken, hoewel ik stof en as ben!

De zondaars zullen compleet verwoest worden. Zij worden vergeleken als hooi dat verteerd wordt in vuur dat niemand zal kunnen uitzetten:

Mattheüs 13:40 Zoals dan het onkruid verzameld en met vuur verbrand wordt, zo zal het ook zijn bij de voleinding van deze wereld:

Wie zullen er voor eeuwig in dit vuur kunnen blijven staan?

Jesaja 33:14 De zondaars in Sion zijn angstig,

huiver heeft de huichelaars aangegrepen:

Wie onder ons kan verblijven bij een verterend vuur?

Wie onder ons kan verblijven bij een eeuwige gloed?

15. Hij die wandelt in gerechtigheid en billijk spreekt,

die winstbejag door afpersing verwerpt,

die zijn handen afwerend schudt om geen geschenken aan te nemen,

die zijn oor dichtstopt om niet van bloedvergieten te horen,

die zijn ogen sluit om het kwaad niet te zien –

16. die zal wonen op de hoogten;

bergvestingen op de rotsen zullen zijn veilige vesting zijn,

zijn brood wordt hem gegeven, van water is hij verzekerd.

De zondaars zullen vernietigd worden. Zij kunnen niet blijven staan in dit vuur. Maar de rechtvaardigen zullen dit wél kunnen. Zij kunnen voor God leven wat de vernietiging van de zondaar voortbrengt.

Mensen kunnen alleen een permanent het lichaam vernietigen, maar God zal de hele ziel, het persoon, permanent kunnen vernietigen:

Mattheüs 10:28 En wees niet bevreesd voor hen die het lichaam doden en de ziel niet kunnen doden, maar wees veeleer bevreesd voor Hem Die zowel ziel als lichaam te gronde kan richten in de hel.

2 Thessalonicenzen 1:9 Zij zullen als straf het eeuwig verderf (ὄλεθρος, vernietiging) ondergaan, weg van het aangezicht van de Heere en van de heerlijkheid van Zijn macht,

Dit is het lot van de zondaar. Wij moeten onszelf dus niet zien als onsterfelijke wezens met een soort innerlijke energie dat doorleeft. Nee, wij zijn zeer onstabiel. We zijn als gras, slechts stof. Een damp dat voorbij gaat en verdwijnt. Zo zegt het Woord het:

Prediker 9:5 Want de levenden weten dat zij sterven zullen, maar de doden weten helemaal niets. Zij hebben ook geen loon meer, maar hun nagedachtenis is vergeten.

6. Ook hun liefde, ook hun haat, ook hun afgunst is al vergaan. Zij hebben geen deel meer, voor eeuwig, aan alles wat er onder de zon plaatsvindt.

Johannes 11:11 Dit sprak Hij, en daarna zei Hij tegen hen: Lazarus, onze vriend, slaapt, maar Ik ga naar hem toe om hem uit de slaap op te wekken.

12. Zijn discipelen dan zeiden: Heere, als hij slaapt, zal hij gezond worden.

13. Maar Jezus had over zijn dood gesproken, terwijl zij dachten dat Hij over de natuurlijke slaap sprak.

Dood wordt dus zo vergeleken met een slaap. 

Toch is er hoop. Deze hele omschrijving is wat we van nature zijn. We hebben niets in ons dat ons in leven houdt zonder God. Als we dan ook van God gescheiden zijn, hebben wij geen leven meer; niet in ons lichaam en niet in ons ziel. We zijn dan als niets.

Maar er is iemand, Jezus, die het Woord van God wordt genoemd:

Johannes 11:25 Jezus zei tegen haar: Ik ben de Opstanding en het Leven; wie in Mij gelooft, zal leven, ook al was hij gestorven,

1 Petrus 1:24 Want alle vlees is als gras en al de heerlijkheid van de mens is als een bloem in het gras. Het gras is verdord en zijn bloem is afgevallen.

25. Maar het Woord van de Heere blijft tot in eeuwigheid. En dit is het Woord dat onder u verkondigd is.

Jezus zelf blijft voor eeuwig. Als de Enige Eeuwige Rechtvaardige die de onsterfelijke natuur van God zelf heeft kan Hij de doodstraf dragen, maar alsnog voor eeuwig leven. En wanneer we dan geloven in Hem, wordt Zijn eeuwig leven ons toegerekend. Zo zijn we dus van een miezerig zondig mens gegaan die bij het kleinste briesje van Gods glorie vernietigd zou worden naar een eeuwig leven dat net zo zeker is als dat Jezus voor eeuwig leeft. En al zijn we in het graf; we worden gerekend alsof we levend zijn, want Jezus is dat. Dit krijgen we bij de opstanding pas volledig:

Kolossenzen 3:4 Wanneer Christus geopenbaard zal worden, Die ons leven is, dan zult ook u met Hem geopenbaard worden in heerlijkheid.

Daniël 12:2 En velen van hen die slapen

in het stof van de aarde, zullen ontwaken,

sommigen tot eeuwig leven,

anderen tot smaad, tot eeuwig afgrijzen.

 Zo zegt Jezus het:

Johannes 3:16 Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.

Johannes 6:53 Jezus dan zei tegen hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: Als u het vlees van de Zoon des mensen niet eet en Zijn bloed niet drinkt, hebt u geen leven in uzelf.

Hoe eten wij het bloed en vlees van Jezus? Op een geestelijke manier; door geloof. Neem van Zijn bloed en drink het door erover na te denken. Neem het vlees van Jezus, het feit dat Hij mens voor ons geworden, en neem het eens goed in. 

Als u dit doet en als u op deze manier gelooft; dan zult u leven. 

Want Christus is uw leven. Zonder Hem zult u niet kunnen staan. Hij is uw opstanding.

Als u dit niet doet heeft u geen leven in u en zult u tot het stof terugkeren en zal uw korte leven niets meer dan ijdelheid zijn; dit is het Evangelie.