Openbaring: 3.5 Jaar Beschermd

 Openbaring: Rechtvaardiging door Geloof

3.5 Jaar Beschermd

Openbaring 12:6 En de vrouw vluchtte naar de woestijn, waar zij een plaats had, die door God voor haar gereedgemaakt was, opdat men haar daar zou voeden twaalfhonderdzestig dagen.

13. En zodra de draak zag dat hij op de aarde was neergeworpen, ging hij de vrouw vervolgen die het mannelijke Kind gebaard had.

14. En aan de vrouw werden twee vleugels van een grote arend gegeven, opdat zij naar de woestijn zou vliegen, naar haar plaats, waar zij gevoed wordt, een tijd en tijden en een halve tijd, buiten het gezicht van de slang.

De 1260 dagen, de 3.5 jaar, de tijd en tijden en een halve tijd (sommige vertalingen vertalen dit gewoon als 3.5 jaar) en de 42 maanden zijn dezelfde tijdsperiodes.

3.5 jaar in de Joodse kalender is ongeveer 1260 dagen of 42 maanden.

In Openbaring 13 en Daniel 7 wordt deze periode omschreven als de tijd waar de antichrist of het beest heerst. Er wordt zelfs gezegd dat het zal strijden tegen de heiligen en hen zou overwinnen.

Maar ondanks dit wordt tegelijkertijd omschreven dat de vrouw, de heiligen, blijkbaar beschermd worden. De heiligen worden deels overwonnen en werkelijk aangevallen, maar ze wordt niet volledig uitgeroeid en ze leeft nog en ze word beschermd in deze periode. 
De vrouw werd twee vleugels als van een arend gegeven en zo ontsnapte ze van de woeste draak, Satan. Dan zou ze voor 3.5 jaar gevoedt worden buiten het bereik van de slang. Satan kon het niet volledig omverwerpen in deze geestelijke oorlog. Zijn 'strijd' is natuurlijk als een aanklager en onze 'overwinning' is door geloof en het bloed van Jezus en het woord.

Dat is hoe de vrouw, de gemeente, zal overwinnen en zal kunnen blijven staan. Nieuw Jeruzalem, de vrouw, kon niet vallen, omdat het gebouwd is op de rots Jezus.

Maar de 3.5 jaar komt van een periode in het oude testament.

Er staat:

Jakobus 5:17 Elia was een mens net zoals wij en hij deed een vurig gebed dat het niet zou regenen, en het regende niet op de aarde, drie jaar en zes maanden.

Elia leefde in de tijd van Izebel die we bij de gemeente van Thyatira in Openbaring 2 ook terugvinden. 

Deze Izebel koningin van Israël en Israël was in een grote afval gevallen.

Maar er was een overblijfsel. Israël was gevallen, maar het geestelijk Israël kon niet vallen.

Elia was een profeet in deze tijd. Hij ging ook de woestijn in en werd daar verzorgd voor 3.5 jaar:

1 Koningen 17:1 En Elia, de Tisbiet, uit de inwoners van Gilead, zei tegen Achab: Zo waar de HEERE, de God van Israël, leeft, voor Wiens aangezicht ik sta, er zal deze jaren geen dauw of regen komen, behalve op mijn woord!

2. Daarna kwam het woord van de HEERE tot hem:

3. Ga weg vanhier, keer u naar het oosten en verberg u bij de beek Krith, die aan de overzijde van de Jordaan stroomt.

4. En het zal gebeuren dat u uit de beek zult drinken. Verder heb Ik de raven geboden om u daar te onderhouden.

5. Hij ging dan op weg en deed overeenkomstig het woord van de HEERE. Hij ging wonen bij de beek Krith, die aan de overzijde van de Jordaan stroomt.

6. En de raven brachten hem 's morgens brood en vlees en 's avonds brood en vlees, en hij dronk uit de beek.

Op een meer geestelijke manier gebeurt hetzelfde nu met de gemeente. Zij werden onderhouden met het geestelijk brood en vlees. Misschien is er dan niet veel geestelijk regen in Israël als het geheel, maar er is een overblijfsel. En dat zal er altijd zijn.

De zichtbare kerk mag misschien corrupt raken en vallen, maar de geestelijke kerk en het overblijfsel kan niet vallen.